TCE Schwere Wörter


Update:

Een eerste aanzet tot het berucht te worden TCd'E fietsjargon woordenboek. Hier geponeerd jargon zal zich snel over de fietswereld als standaardtaal verspreiden.
De eerste invulling is van Henk geweest. Commentaar en aanvullingen welkom.


afsprinten <onov.ww.; sprintte af, h. afgesprint> 0.1 de laatste 5 km van een tocht in formatie uitrijden met 50 km/hr, teneinde optimaal spierherstel te faciliteren
Al Cyqlaida <de ~> 0.1 cycloterroristische tak van Al Qaida.
Alpentocht <de ~; ~en> 0.1 rit op de fiets door het Europese hooggebergte 0.2 sterke wind in de dalen van Zuid Tirol 0.3 ernstige gasvormige darmontlading veroorzaakt door snelle stijging en de daaraan gepaard gaande luchtdrukverlaging (zie tevens 'HAFE')
Ardennentocht <de ~; ~en> 0.1 rit op de fiets door de Ardennen 0.2 sterke wind in de dalen van de Ardennen 0.3 milde vorm van gasvormige darmontlading veroorzaakt door snelle stijging en de daaraan gepaard gaande luchtdrukverlaging (zie tevens 'HAFE')
Armstrongtje < het ~, ~s; 0.1 een leugen zo groot maar zo uitdrukkelijk gesteld dat de leugen niet waar kan zijn. Ik ben niet afgestapt op de Lauvy. Absoluut niet!
Arsbeck < de~; ~en> 0.1 Homo-ontmoetingsplaats in de Kohlenpott 0.2 Vervelende nasmaak. Na de koffie in Rimburg had ik een verschrikkelijke Arsbeck.
Blommetje <het ~; ~s; 0.1 een volledig onverwachte en niet te reproduceren prestatie. Wat Pou-Pou op de tijdrit Rouge Gazon 2008 klaarspeelde grenst aan een ~.
blufkut <de ~; ~ten> 0.1 iemand die de lippen laat spreken in plaats van de benen.
bosbouten <onov.ww.; bosboutte, h. gebosbout> 0.1 defeaceren in de vrije natuur, meestal als gevolg van te vroeg opstaan.
bossen <onov.ww.;boste, h. gebost> 0.1 aanstalten maken tot bosbouten, maar zonder te bouten; meestal in uitgeputte toestand. Op de Rosier heb ik even liggen ~ [MB]
cavia <de ~; ~s> 0.1 lastige pas, vooral voor Boogert.
cycloterrorisme <het ~; ~s> 0.1 het uitvoeren van aanslagen na het passeren van landsgrenzen per fiets.
diepvrieskip <de ~; ~pen> 0.1 dood vrouwelijk pluimdier van de orde Gallifornes met een temperatuur lager dan -12 °C 0.2 revanche-aktie 3.1 een ~ voor zijn kop krijgen: genadeloos teruggepakt worden voor een demarrage vanuit de rug 3.2 ~! pas op: voorovergebogen vrouw op het fietspad.
doseren <onov.ww.; doseerde, h. gedoseerd> 0.1 sparen van het begin tot en met het eind. Heb prima gedoseerd vandaag: vanaf de start achterin gezeten, tot en met het einde eigenlijk; ik zou zo bij dsm-firmenich kunnen gaan fietsen!
DSK-ventiel <het ~; ~en> 0.1 extra lang Frans fietsventiel [MB]. Zie ook Rob Oudkerkventiel
ferm <bw.> 0.1 cyclo-eufemisme voor slap. ~ stuurde N.N. een SMS dat hij niet meeging, omdat het regende.
geriatrische barrière <zn > 0.1 100 km-grens waar vele ouderen een volstrekt onterechte huiver voor tentoonspreiden.
Gerretje <het ~; ~s> 0.1 val binnen 500 m na vertrek. 0.2 het voor de gehele groep betalen van de consumpties, maar slechts indien het totaal een belachelijk laag bedrag vormt.
granny-wheel <het ~; ~s> 0.1 zeer klein voorkettingwiel om de steilste hellingen te kunnen nemen [MB] Zelfs m'n Granny-wheel deed me de Trou de Ferrières niet snel opkomen
High Altitude Flatus Expulsion (HAFE) <de ~; ~s> 0.1 Als gevolg van de wet van Boyle-Guy Lussac het hebben van een als maar groter soortelijk volume van een gelijke hoeveelheid darmgas tijdens het beklimmen van een helling, waardoor een grotere expulsiekracht. Vlak onder de top van de Cime de la Bonnette bracht HAFE het geluid van een muis op een motorfiets, wat hem in ernstige verwarring bracht.
inlegkruintje <het ~; ~s> 0.1 tissue die tussen hoofd en helm wordt aangebracht ter voorkoming van zonnebrand op een kale knikker of een infectie bij een hoofdwond. Karel, vergeet je ~ niet, het wordt vandaag zonnig.
Jawohl! <tw.> 0.1 uitdrukking van bevestiging. Na WO II in onbruik geraakt, maar in Zuid Tirol nog steeds populair. Dient luid uitgesproken te worden met rechte rug, de armen langs het lichaam en de hakken niet meer dan 5 cm apart.
Karlsruhe <geen mv.> 0.1 lokatie onderweg naar het Schwarzwald waar Karel plotseling stilvalt.
kleinood <de ~;~oden> 0.1 waardevolle zaak van kleine omvang 0.2 dringende behoefte tot defaeceren. ~ leidde tot bosbouten tijdens Henks beklimming van de Ballon d'Alsace
Kroontje <geen mv.> 0.1 in de woordconstructie een Kroontje zetten: indiscreet wildplassen In Dolhain zette Vicente een Kroontje rechttegenover het politiebureau!
Kukidenthelling <de ~; ~en> 0.1 helling met zeer slecht wegdek [HB] Wat een ~! M'n gebit lag op straat
Loekie <de ~; ~s> 0.1 verweesde lekke binnenband
motoraccessoire <het ~; ~s> 0.1 blonde metgezel van man die te zwaar is om te fietsen, meestal gekleed in leren broek.Dat ~ heeft leren pijpen (een heet motoronderdeel).
Nivea <de ~; ~s> 0.1 crème waarvan vrouwen denken dat je er zachter van wordt.
onnohoes <de ~; ~zen> 0.1 extra sterk condoom voor (homosexueel) anaal geslachtsverkeer, van gemeentewege verstrekt. Gelukkig had ik een ~ om mijn fietscomputer tegen de striemende regen te beschermen.
ontbering <de ~; ~en> 0.1 beproeving 0.2 ontlastingsproces. Tijdens de beklimming van de Schaapsdries stopte Henk om een ~ te ondergaan.
Phonakbroek <de ~; ~en> 0.1 wielerbroek voorzien van een met testosteron geïmpregneerde zeem voor duurzame dopage.Mede door zijn ~ kon de Adelaar het zadel stevig tussen erectie en sixpack klemmen
poepfietsen <onov. ww; poepfietste, gepoepfietst> 0.1 ATB'en. Ik ga toch niet ~! Alles wordt smerig en ik ben twee uur aan het poetsen! [L]
Pou-Pou'en <onov. ww.; Pou-Pou'de, ge-Pou-Poud> 0.1 onverstandig met je krachten smijten, vaak om indruk te maken, daarmee je reserves volledig en te vroeg verbruikt hebbend. Op de heenweg had Ger ongelofelijk ge-Pou-Poud, zodat hij de terugweg als een natte krant uitreed [MB]
pssscchht <de ~> 0.1 slagroom uit de Vogezen
reumazalf <de ~; ~ven> 0.1 sterk riekende crème die door ijdele fietsers wordt gebruikt om hun lichaamsgeur te maskeren.
Radsinger <de ~; ~s> 0.1 vrolijke fietser
Rasmussen <onov. ww.; rasmuste, h. gerasmust> 0.1 de zaak onvoorstelbaar verkloten en het materiaal de schuld geven [H]
Ricardootje <het ~;~s> 0.1 een actie waarmee iets wat niet kapot is alsnog kapot 'gerepareerd' wordt. Karels gepruts aan zijn Edge 820 legde de server van GArmin plat
Rimburg 0.1 Homo-ontmoetingsplaats in de oostelijke Mijnstreek. De koffie in Rimburg maakte de tongen weer los.
Rob-Oudkerkventiel <het ~; ~en> 0.1 extra lang fietsventiel [MB]. Zie ook DSK-ventiel
rustdag <de ~; ~en> 0.1 dag met meer en zwaardere fietskilometers dan de voorgaande
Schwalbe <die ~; ~n> 0.1 geveinsde lekke band, om een zwak moment te maskeren Ger reed al enige tijd moeizaam achteraan en kreeg vervolgens een ~.
Servanceje <het ~; ~s> 0.1 helling die vanuit de auto eenvoudig lijkt, maar op de fiets moeilijk te overwinnen is. 3.1 dat is een ~: een schijnbaar eenvoudige klim
slipperrondje <het ~; ~s> 0.1 fietstocht die te kort is om de fietsschoenen voor uit de kast te halen. Vandaag reden we een ~ over de Petit Ballon.
snor <de ~; ~ren> 0.1 indicatie voor de steilte van een helling. De wisselkoers van de snor is afhankelijk van de gebruikte kaart. Bij Michelinkaarten staat 1 snor voor een helling van 7-12 % en 2 snorren voor een helling > 12 %. 3. een ~ scheren: een passage die op de kaart geïndiceerd is met 1 snor overwinnen. In Zuid Tirol worden hellingen ook met "Schnauzer" aangeduid: Einen Schnauzer rasen
snotfabiek <de ~;~ieken> 0.1 neus; het werkkapitaal van de ~ reduceren = de neus snuiten
terrasfactor <:de ~; s> 0.1 Bling-blinggehalte van het fietsmateriaal. In tegenstelling tot fietstechnische marginal gains kan een extra investering in het fietsmateriaal of -kleding tot een aanzienlijke toename van de terrasfactor leiden. Rekenkundig is de incrementele terrasfactor reciprook aan de marginal gain
toucheren <overg. ww.> op gevoel met de vingertoppen speuren in de binnenkant van de buitenband (tuba externa) naar de oorzaak van ontsluiting van de binnenband (tuba interna)
vaginisme <het ~; ~n> 0.1 aandoening van het ventiel waardoor geen lucht meer in de band gepompt kan worden. Zie ook Rob Oudkerkventiel
Viagracapsule <de ~;~s>0.1 CO2-patroon om fietsbanden mee op te pompen. Karel dacht aan twintig Viagracapsules wel genoeg te hebben voor het Vogezenweekend
vluchtelingenstroom <de~> 0.1 duurzame stroom opgewekt door asielzoekers in een tredmolen of op een spinfiets.
voorhijgen <onov. ww.; hijgde voor, h. voorgehijgd> 0.1 als voorbereiding op een zware inspanning hyperventileren zodat geen zuurstofschuld ontstaat; Martin dacht dat voldoende ~ hem wel de Stelvio op zou helpen
Warmduscher <de ~; ~s> 0.1 {Du.} watje
werkkapitaal <het ~;~alen> 0.1 waarde van goederen in bewerking in een fabriek 0.2 neusinhoud, zie snotfabriek
wind <de ~; ~en> 0.1 sterke luchtstroming 0.2 gasvormige darmontlading. Met de kop in de ~ een slaapkamer met Borsje delen
Zoetemelkje <het ~; ~s> 0.1 een overwinning behaald doordat alle anderen in de remmen knijpen. Wat een ongelooflijk ~ op de Ménil door de Dode!
Zündapp <de ~; ~s> 0.1 App die een Ipod, Ipad, Iphone en IMac in een aansteker verandert.